Nederland staat voor een enorme opgave op het gebied van duurzame inzetbaarheid. Willen we de zorg, pensioenen en sociale zekerheid betaalbaar houden, dan kunnen we geen enkele werkende missen. Wat we beslist moeten vermijden zijn toenemend verzuim, lange wachttijden voor begeleiding en beoordeling van (dreigende) gezondheidsproblemen, groeiende zorgconsumptie en onnodige uitval van mensen uit het arbeidsproces. Toch zijn dit precies de gevolgen die partijen uit het veld voorzien als er niet op korte termijn maatregelen komen om het nijpende tekort aan bedrijfs- en verzekeringsartsen op te lossen. Om goede zorg voor werkenden te garanderen, moet er zo spoedig mogelijk structurele publiek-private financiering komen voor de opleiding en het kwaliteitsbeleid van beide beroepsgroepen.
Er is al jaren een groot tekort aan bedrijfs- en verzekeringsartsen. En hoewel de instroom in de opleidingen de voorbije jaren is gestegen, dreigt dit tekort door een combinatie van vergrijzing, pensionering en toenemende zorgvraag alleen maar verder op te lopen. In oktober 2020 presenteerde de Kwaliteitstafel Bedrijfs- en Verzekeringsgeneeskunde aan staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Bas van ’t Wout een reeks oplossingen om de tekorten aan te pakken en de kwaliteit en aantrekkelijkheid van de bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde te vergroten. Deze oplossingen zijn realistisch en haalbaar. Maar om ze te laten slagen, hebben veldpartijen wel de hulp van de overheid nodig. Nu de toegezegde kabinetsreactie al geruime tijd uitblijft, dreigt een scenario waarin de toch al nijpende situatie door kostbaar tijdsverlies nog verder verslechtert.
De Kwaliteitstafel heeft zelf diverse acties ondernomen om de aantrekkelijkheid en kwaliteit van de bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde te vergroten. Hierbij is bewust de nadruk gelegd op initiatieven die de zorg voor werkenden direct verbeteren, want met de ambities op dit terrein staat of valt alles. Zo werd een (allereerste) kennisagenda voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde opgesteld. Ook zag een meerjarenprogramma voor gezamenlijke richtlijnen het licht, inclusief praktische blauwdruk voor de implementatie. Verder werden nieuwe, gezamenlijke opleidingsmodules ontwikkeld met meer ruimte voor stages, onderzoek en preventie en ging een pilot Academische Werkplaats Arbeid en Gezondheid Nieuwe Stijl van start. Tot slot werd het magazine ‘Waarde’ gemaakt dat de maatschappelijke waarde van de bedrijfs- en verzekeringsarts voor het voetlicht brengt.
Dit zijn stuk voor stuk belangrijke en waardevolle initiatieven, maar ze zijn bij lange na niet voldoende. Duurzame verbetering is alleen te realiseren door introductie van structurele publiek-private financiering voor de opleiding en het kwaliteitsbeleid. De Kwaliteitstafel adviseert een aanpak waarbij álle betrokken en belanghebbende partijen, inclusief de overheid, meefinancieren. Te starten met een op de kortst mogelijke termijn op te zetten noodfonds dat het mogelijk maakt om de opleidingen voor bedrijfs- en verzekeringsartsen nog in het komende jaar uit te breiden en het praktijkdeel te verstevigen. De betrokken marktpartijen zijn bereid hieraan hun bijdrage te leveren. Maar zij kunnen hierbij niet zonder eenzelfde toezegging van de ministeries van SZW en VWS.
Politieke partijen zijn momenteel druk bezig de mogelijkheden te verkennen voor vorming van een nieuwe regeringscoalitie. Wij roepen alle betrokkenen dringend op om binnen óf buiten dit proces actie te ondernemen voor structurele publiek-private financiering van de opleiding en de kwaliteit van de bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde. Er is nú politieke daadkracht nodig, want de goede zorg voor werkenden staat op het spel. En daarmee de gezondheid van de BV Nederland.
Download Factsheet Goede zorg voor werkenden Kwaliteitstafel Bedrijfs- en Verzekeringsgeneeskunde