Stress- en burn-out zijn beroepsziekte nummer één. Daarom wordt steeds meer gedaan aan stressreductie en preventie. Maar is het echt zo slecht om stress te hebben? Stress kan soms ook heel nuttig zijn. Wil jij leren hoe je stress juist vóór je kunt laten werken zonder de nadelige gezondheidseffecten? Geef je dan op voor deze training!
Ziekte en uitval door stress- en burn-out kost bedrijven duizenden euro’s per jaar. En met COVID-19 en de veranderingen die die pandemie met zich meebrengt, wordt de veerkracht van werknemers nog meer op de proef gesteld. Daarom wordt er steeds meer gedaan aan stressreductie en preventie. Het is echter een misvatting dat mensen geen stress zouden mogen hebben.
Het hebben van stress is namelijk niet ongezond, het helpt je juist bij het behalen van prachtige uitdagende prestaties! Zoals het binnen de deadline afkrijgen van dat rapport. Of door die extra dienst te draaien. Echter, langdurige stress is daarentegen wél slecht voor je.
Wat als je stress voor je kunt laten werken? Dat je meer over stress leert, zodat je stress kunt inzetten om juist beter om te gaan met jouw energiemanagement? Dat is wat je in deze training leert. Je gaat aan de slag met een persoonlijk actieplan om je eigen energieniveau op pijl te houden, zodat je energiek en vitaal aan het werk blijft.
Professionals in de public & occupational health
Mocht je accrediterende instelling er niet tussen staan en wil je wel graag punten voor jouw specialisme, neem dan minstens 6 weken voor de startdatum contact op om de mogelijkheden te bespreken.
Score in evaluatie: in 2023 waardeerden deelnemers deze module met een 8,0.
Wij vroegen waarom eerdere deelnemers voor deze module kozen. Dat was omdat zij meer wilden weten over:
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
Eén op de negen Nederlanders tussen de 16 en 65 jaar is laaggeletterd. Deze groep mensen heeft vaak beperkte gezondheidsvaardigheden. Werk jij als zorgprofessional en wil je leren hoe je tijdens jouw stoppen-met-roken-begeleiding kunt aansluiten bij deze meer kwetsbare rokers? Doe dan deze module van twee halve dagen.
Je kunt deze module volgen als bij- of nascholing. Tevens is hij incompany uit te voeren.
Welke zorgverlener herkent dit niet: je hebt het gevoel dat je het allemaal goed hebt uitgelegd, maar de volgende keer blijkt het tegendeel waar. Laaggeletterdheid is een veelvoorkomend probleem. Maar liefst één op de negen Nederlanders heeft hier last van – twee derde van hen is autochtoon. Een groot deel van hen rookt en zij hebben vaak veel gezondheidsproblemen. Tijdens de stoppen-met-roken-begeleiding heb je soms bewust, maar vaak ook onbewust, te maken met deze groep cliënten. Vaak vallen zij tussen wal en schip omdat de begeleiding bij het stoppen met roken niet altijd aansluit op hun behoefte. Er wordt bovendien vaak gedacht dat deze groep onverschillig is of niet wil stoppen met roken. Maar dit is lang niet altijd het geval!
Wat kan jij als professional voor de meer kwetsbare roker betekenen? Wat zijn de goede vragen bij het intakegesprek? Hoe kan je een haalbare doelen stellen en hen goed coachen tijdens hun stoppoging?
Na deze training ben je beter in staat een roker met beperkte gezondheidsvaardigheden en/of een kwetsbare sociaaleconomische positie te motiveren en te begeleiden bij het stoppen met roken. Je intake en stoppen-met-roken plan is verbeterd en sluit beter aan op de mogelijkheden en behoeften van deze roker. Je hebt geleerd hoe je met minder taal en gebruik van andere vormen (zoals beeldmateriaal) concepten als tabaksverslaving simpel kan uitleggen.
Theorie, oefeningen en casuïstiekbesprekingen wisselen elkaar af. Door het gebruik van je eigen casuïstiek verhoog je je leerervaring. Ook de bijdrage van de trainingsacteur zorgt voor een extra leerervaring. Houdt er rekening mee dat je vóóraf en in de periode tussen de twee dagdelen huiswerkopdrachten krijgt om wat je leert direct in de eigen praktijk toe te passen.
Deze module wordt uitgevoerd in samenwerking met Pharos, het expertisecentrum voor gezondheidsverschillen.
In aanvulling op de informatie over accreditatie in de rechterkolom: accreditatie is ook aangevraagd bij KABIZ.
Voor praktijkondersteuners, (long)verpleegkundigen, doktersassistenten, huisartsen, bedrijfsartsen, longartsen en andere professionals in de zorg die begeleiding verzorgen bij stoppen met roken.
Score in evaluatie: in 2021 waardeerden deelnemers een eerdere uitvoering van deze module, die voorheen werd aangeboden onder de titel Stoppen met roken begeleiding en laaggeletterdheid, met een 9,3.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
Werk je als verpleegkundige en wil je je verdiepen in de ondersteuning bij opvoeding van (probleem-)kinderen? Wil je daarnaast pedagogische technieken leren om kinderen en ouders hierover te adviseren? Doe dan deze module.
De module is een onderdeel van de Opleiding jeugdverpleegkundige maatschappij en gezondheid. Je kunt de module ook volgen als bij- of nascholing. Tevens is de module incompany uit te voeren.
In deze module staat de kerntaak van de JGZ centraal: opvoedingsondersteuning en pedagogische advisering. Naast verschillende theorieën over opvoeding behandelen we de functies en stappen van opvoedingsondersteuning. Je traint deze technieken en krijgt handvatten aangereikt om kinderen en ouders te adviseren en te begeleiden.
Als voorbereiding op de bijeenkomsten lees je relevante literatuur en voer je specifieke opdrachten uit. Tijdens de contactdagen delen experts hun gespecialiseerde kennis met je. Op deze dagen oefen je tevens met het toepassen van kennis en vaardigheden op situaties uit je eigen werkpraktijk. Zo heb je optimaal profijt van de geleerde kennis en vaardigheden.
De module wordt afgesloten met een schriftelijke opdracht.
Het onderwijs wordt verzorgd door:
Verpleegkundigen (hbo of vergelijkbaar niveau) in de publieke gezondheid en gezondheidsbevorderaars, die zich willen bekwamen in het complexe werkveld van de JGZ.
Hbo werk- en denkniveau of vergelijkbaar.
Score in eerdere evaluatie: in 2021 kreeg deze module van de deelnemers een 8,5.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
“Werknemers werken gemiddeld 143 dagen niet na een sterfgeval van een kind, partner of ouder. Met goede begeleiding kan het verzuim met zeker een kwart worden teruggedrongen.”
Bron: Enquete Landelijk Steunpunt Verlies, 2019
Op verschillende momenten ben je betrokken bij mensen die worden geconfronteerd met verlies. Dat kan een verlies zijn door overlijden, maar ook door echtscheiding, baanverlies of verlies van gezondheid.
De confrontatie met verlies en rouw stelt ook jou als professional voor een lastige opgave. Naast het omgaan met je eigen kwetsbaarheid moet je als professional op gepaste wijze aandacht geven aan de vragen, zorgen en soms verminderde inzetbaarheid van cliënten. Wanneer is rouw complex en wat zet je in? Hoe begeleid je deze cliënten zodat zij (weer) op een gezonde manier aan het werk kunnen? Door de achtergrond van de docent (uitvaart- en rouwbegeleider) richt dit onderwijs zich met name op rouw na het verlies van een dierbare.
Op deze dag maken we kennis met het proces rond rouw en overlijden, ontdekken we welke rollen je als professional kunt innemen en hoe je het gesprek aangaat. Daardoor kun je als professional het verschil maken voor alle direct betrokkenen in een hele belangrijke fase van het leven van de cliënten.
Ter voorbereiding lees je de STECR werkwijzer Rouwreactie en neem je een casus mee waarbij re-integratie na verlies van een dierbare moeizaam verliep.
Bedrijfs- en verzekeringsartsen, artsen hiertoe in opleiding en arboverpleegkundigen.
Cynthia van Rozendaal is zelfstandig Psycholoog NIP/coach en werkt lichaamsgericht. Ze heeft A&O Psychologie gestudeerd en gewerkt op het snijvlak van HR en Psychologie. Cynthia begeleidt leidinggevenden en werknemers bij werk-privé balans, verzuim, (persoonlijk) leiderschap en andere arbeidsgerelateerde kwesties. Daarnaast begeleidt zij (management)teams en examineert en doceert ze in het hoger beroepsonderwijs. Als vrijwilliger bij een gymsportvereniging richt Cynthia zich op sociale veiligheid, conflictbemiddeling, nazorg en integriteitsvraagstukken.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
Begeleid je mensen bij het stoppen met roken? En wil je op de hoogte zijn van de actuele ontwikkelingen hierin? Vind je het leuk wanneer er afwisseling is tussen plenaire sessies en workshops waarin je zelf actief aan de slag gaat? Kom dan naar de jaarlijkse nascholingsdag.
Je kunt deze module volgen als bij- of nascholing.
De dag start plenair met drie interessante inleidingen over het brede onderwerp van tabaksverslaving.
E-health ontwikkelt zich steeds verder en krijgt een meer en meer belangrijke rol in stoppen met roken begeleiding. Maar wat is e-health precies? En wat zegt de wetenschap over het gebruik van e-healthinterventies voor stoppen met roken? Wat vinden patiënten eigenlijk belangrijk als het gaat om e-health en hoe ga je als zorgverlener om met e-health bij stoppen met roken begeleiding? Dat zijn de vragen die Sigrid Troelstra, wetenschappelijk medewerker bij het Trimbos, in haar lezing behandelt. Als daarna nog tijd over is, is er ook ruimte voor het onderling uitwisselen van ervaringen met het gebruik van e-health.
Hoe motiveer en begeleid je mensen die willen stoppen met roken die tot een kwetsbare sociaal economische positie/en of beperkte gezondheidsvaardigheden behoren? Hoe kan je jouw stoppen met rokenzorg beter laten aansluiten op deze doelgroep. Kennis en praktische tips wisselen elkaar af. Wat neem jij mee de praktijk in?
Veel mensen weten dat meeroken (ook wel tweedehands rook) schadelijk is voor de gezondheid, maar derdehands rook is nog een stuk minder bekend. Met derdehands rook bedoelen we de stoffen die tijdens het roken neerdalen in de omgeving en achterblijven nadat een roker klaar is met roken. In deze presentatie vertellen we over wat we tot nu toe uit onderzoek weten over derdehands rook, en hoe je derdehands rook kunt bespreken met iemand die rookt.
Na de lunch ga je in twee workshops zelf actief aan de slag.
Loop je als coach, tijdens je stoppen met roken begeleiding, tegen gedachten aan bij je cliënten die hen hinderen om hun doel te bereiken? Bijvoorbeeld: “Het lukt me nooit!”, “Als ik stop ben ik zo’n bitch dat mijn omgeving mij vraagt om weer te gaan roken.” Of verstoren gevoelens van bijvoorbeeld gebrek aan zelfredzaamheid, hun succesvol stoppen? Door middel van Rationeel Emotieve Vaardigheden, een van de belangrijkste bouwstenen van de cognitieve gedragstherapie, leer je deze blokkerende hersenspinsels om te zetten in helpende zelfspraak. En koppel je die aan gevoelens van bekwaamheid. Daardoor voelen stoppers zich bevrijd en hoopvoller en worden succesvoller. In deze workshop maak je kort kennis met deze interessante methodiek!
Shared decision making, ofwel samen beslissen, wint terrein in de gezondheidszorg. Als de cliënt inspraak heeft in het verloop van zijn behandeling is er meer regie en ook motivatie. Maar hoe pak je dat precies aan? In deze workshop leer je hoe je jouw cliënt door middel van shared decision making meer verantwoordelijkheid geeft. Ook gaat Edith Jansen in op shared decision making bij de meer kwetsbare roker.
Praktijkondersteuners, (long-)verpleegkundigen, huisartsen en gezondheidsbevorderaars die mensen begeleiden bij het stoppen met roken.
De module is geaccrediteerd voor verschillende doelgroepen, zoals NVvPO (praktijkondersteuners), KV&V ((long)verpleegkundigen) en ABC1 (huisartsen). Daarnaast is 6 uur accreditatie aangevraagd bij KABIZ, het Kwaliteitsregister Stoppen met roken.
Je hebt ervaring in de begeleiding van mensen bij het stoppen met roken.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
Ben jij gecertificeerd visusinstructeur? Wil je je kennis met betrekking tot visus(onderzoek) verdiepen? En wil je ervaringen en best practices uitwisselen met andere visusinstructeurs? Kom dan naar de terugkomdagen voor visusinstructeurs. Het programma wisselt jaarlijks. Ook is het mogelijk om op te gaan voor hercertificering. Je moet drie terugkomdagen volgen om in aanmerking te komen voor herregistratie als visusinstructeur.
Elke terugkomdag heeft een ander programma. Inhoudelijke onderwerpen worden afgewisseld met leren van en met elkaar. Het uitwisselen van ervaringen vormt een vast onderdeel van de terugkomdagen. Ook bestaat de mogelijkheid om te hercertificeren.
Wil jij een onderwerp of vraagstuk graag terugzien tijdens een terugkomdag? Neem dan contact op met Tamara van Keulen, t.vankeulen@nspoh.nl.
In 2022 wordt twee keer dezelfde terugkomdag georganiseerd op:
Het programma in 2022 is als volgt:
NCJ gecertificeerde visusinstructeurs.
Wil je opgaan voor hercertificering neem dan contact op met Marloes Roman, m.roman@nspoh.nl.
Het hercertificeringsmoment vindt plaats in de middag van een terugkomdag. Je geeft elkaar feedback op de meegebrachte videobeelden. Het minimumaantal deelnemers voor hercertificering is 2. Deelnemers die niet hercertificeren volgen een alternatief programma in de middag.
De voorwaarden voor hercertificering zijn:
*Volgens de huidige eisen: 30 KPB’s en 2 groepstrainingen.
Je neemt minimaal twee video-opnamen mee naar de Terugkomdag. Het is van belang dat zowel het onderzoek bij kinderen onder als boven de 36 maanden in de video’s aan bod komt. Dus video 1 gaat bijvoorbeeld over het onderzoek onder de 36 maanden en video 2 over het onderzoek boven de 36 maanden.
Een video duurt maximaal 5 minuten. Meer informatie over waar de video’s aan moeten voldoen, vind je na aanmelding in de studiehandleiding.
Je bent gecertificeerd visusinstructeur.
Voor deze scholing vragen wij niet standaard accreditatie aan bij het verpleegkundig specialisten register (VSR). Neem je als verpleegkundig specialist wel deel aan deze module, neem dan vooraf (minimaal 6 weken) even contact met ons op.
Afhankelijk van het programma: orthoptisten, visusinstructeurs en andere experts uit het werkveld van het opsporen van oogafwijkingen.
Score in eerdere evaluatie: in 2022 kreeg deze module van de deelnemers een 8,2.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
Strafrechtadvocaat mr. Richard Korver spreekt via Zoom over de juridische aspecten in de forensische verpleeg- en geneeskunde.
Hoe kun jij te maken krijgen met het tuchtrecht? Wat houdt het tuchtrecht in en wat zijn mogelijke sancties? Mr. Richard Korver gaat in op het medisch beroepsgeheim, inzage in het medisch dossier en de eisen waaraan de stukken van artsen en verpleegkundigen moeten voldoen in het kader van het tuchtrecht.
Mr. Richard Korver, strafrechtadvocaat, is vooral bekend vanwege de ‘Amsterdamse zedenzaak’, waarbij hij een groot deel van de ouders bijstond als advocaat tijdens het proces tegen Robert. M.
Mr. Korver is medeoprichter en voorzitter van het Landelijk Advocaten Netwerk Gewelds- en Zeden Slachtoffers (LANGZS). Hij staat slachtoffers van zware (zeden)misdrijven bij zowel in de strafprocedure, maar ook civiel in het verhalen van schade of in het familierecht om de gevolgen van het misbruik zoveel als mogelijk te beperken. Daarnaast staat hij ook verdachten van zware (zeden)misdrijven bij.
Mr. Korver behandelt ook zaken met een internationaal karakter. Zo stond hij cliënten bij in Londen, Madrid en Brussel en is hij aangesloten bij The International Criminal Bar (ICB), International Criminal Law Network (ICLN), The International Criminal Defense Attorneys Association en National Association of Criminal Defense Lawyers (NACDL). Ook bij internationale kinderontvoeringszaken wordt mr. Korver met regelmaat ingeschakeld.
Mr. Richard Korver is bovendien docent aan de Opleiding forensische verpleegkunde.
Met Iva Bicanic schreef hij het boek; ‘Dichtbij huis’, hoe steun je een kind na seksueel misbruik?
(Aankomend) forensisch artsen en forensische verpleegkundigen.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
Werk je als verpleegkundige op een Centrum seksuele gezondheid (CSG) van een GGD in de soa- en of seksualiteitshulpverlening en wil je meer leren over de diagnostiek en behandeling van de meest voorkomende soa? En leren hoe je je cliënten ondersteunt bij gedragsverandering met behulp van het Soa Aids gespreksmodel? Maar ben je ook geïnteresseerd in de link tussen individuele hulpvragen en populatiegerichte risico’s en trends? Volg dan deze module Aanvullende seksuele gezondheidszorg voor verpleegkundigen.
Deze module is een onderdeel van het Opleidingstraject verpleegkundige seksuele gezondheid. De module is door de NSPOH en Soa Aids Nederland (SANL) herontwikkeld en bestond eerder uit de Startmodule ASG: het public health perspectief en de Vervolgmodule ASG: soa-bestrijding voor verpleegkundigen.
De driedaagse basistraining Motiverende gespreksvoering in de soa- en hiv-bestrijding van SANL maakt een geïntegreerd onderdeel uit van deze module.
Tijdens een consult seksuele gezondheid kijk je verder dan je neus lang is.
Een cliënt zal vaak een spreekuur binnen komen met een soa-vraag. Maar jij als verpleegkundige seksuele gezondheid weet dat achter een soa-vraag vaak een andere vraag met betrekking tot seksueel gedrag of seksualiteit schuilgaat. Ook ben je als public health professional alert op trends die een risico voor de betreffende doelgroep of populatie kunnen vormen. In de module Aanvullende seksuele gezondheidszorg (ASG) voor verpleegkundigen ontwikkel je deze blik verder.
In deze module staan we stil bij de context en het krachtenveld waarin de CSG opereren. Waarom is de ASG zo georganiseerd en wat betekent dit voor jouw werk? Welke taken en bevoegdheden heb jij en hoe werk jij hierin als verpleegkundige samen met andere professionals op het CSG? We gaan in op de verschillende doelgroepen van de ASG-regeling. Natuurlijk is er uitgebreid aandacht voor de achtergronden van de diagnostiek en behandeling van de belangrijkste soa. Ook gaan we in op wanneer en hoe je partnerwaarschuwing moet inzetten. Maar alles valt of staat hoe jij deze kennis inzet in het spreekuur en het gesprek aangaat met de cliënt. De training Motiverende Gespreksvoering in de soa- en hiv-bestrijding van Soa Aids Nederland is daarom geïntegreerd in deze module. Als je deze training of een andere driedaagse MI -training eerder al gevolgd hebt, kom je mogelijk in aanmerking voor vrijstelling. Neem hiervoor contact ons op.
Vanuit het perspectief van de public health kunnen de preventie en behandeling van soa niet los gezien worden van seksualiteitshulpverlening. Deze module sluit daarom aan bij de Algemene Scholing Aanvullende Seksuele Hulpverlening (AS-ASH) van Rino Amsterdam en Rino groep Utrecht.
Je kunt de AS-ASH module voor of na deze module Aanvullende seksuele gezondheidszorg voor verpleegkundigen volgen. Beide modulen maken onderdeel uit van het Opleidingstraject verpleegkundige seksuele gezondheid.
Deze module is blended vormgegeven. In de voorbereiding maak je zelfstandig een start met het aanleren en verwerken van nieuwe kennis, onder andere door middel van het lezen van literatuur, het bekijken van video’s en het maken van opdrachten. Hierdoor is tijdens de les meer tijd voor verdieping, verbinding met de dagelijkse praktijk en uitwisseling met andere deelnemers. Dit betekent wel dat een goede voorbereiding van jou als deelnemer essentieel is, om daadwerkelijk in de les ook die verdiepingsslag te kunnen maken.
De totale studiebelasting inclusief contacturen bedraagt ca. 68 uur. Dit betekent dat je per onderwijsdag 2 – 3 uur besteed aan voorbereiding. Je sluit de module af met een kennistoets over soa en een moduleopdracht.
Maar leren gebeurt natuurlijk met name op de werkvloer. Daarom neemt een ervaren collega minimaal twee keer een Korte praktijkbeoordeling (KPB) bij je af tijdens het spreekuur.
Het onderwijs wordt verzorgd door docenten bekend met of werkzaam in de aanvullende seksuele gezondheidszorg.
Verpleegkundigen die werkzaam zijn op een Centrum seksuele gezondheid van de GGD. Deze module is ook interessant voor andere verpleegkundigen die in hun werk te maken hebben met soa-bestrijding en seksualiteitshulpverlening. Zij werken bijvoorbeeld binnen defensie, de JGZ, een penitentiaire inrichting of een commerciële soa-kliniek.
Verpleegkundig specialisten raden wij aan de module Seksuele gezondheid voor artsen te volgen.
HBO verpleegkunde (niveau 5 of Bachelor of Nursing) met bij voorkeur post-hbo verpleegkundige M&G of sociaal verpleegkundige.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
Werk je als arts of verpleegkundig specialist op het Centrum seksuele gezondheid (CSG) van een GGD? Wil jij je blik verbreden van de hulpvraag van een individuele cliënt naar het bredere public health perspectief en hierbij ook oog krijgen voor de samenhang tussen de preventie en behandeling van soa en seksualiteitshulpverlening? En wil je meer leren over de achtergronden van de diagnostiek en behandeling van de meest voorkomende soa? En ben je benieuwd hoe je je cliënten kunt ondersteunen bij gedragsverandering met behulp van het Soa Aids gespreksmodel? Volg dan de module Seksuele gezondheid voor artsen.
Deze module is een onderdeel van het opleidingstraject arts seksuele gezondheid. Dit traject bestaat naast deze module uit de Algemene Scholing Aanvullende Seksuele Hulpverlening (AS-ASH) van Rino Amsterdam en Rino groep Utrecht en de driedaagse basistraining Motiverende gespreksvoering in de soa- en hiv-bestrijding ontwikkeld door Soa Aids Nederland. Daarnaast is deze module onderdeel van de Opleiding arts infectieziektebestrijding.
De module is door de NSPOH en Soa Aids Nederland (SANL) herontwikkeld en bestond eerder uit de Startmodule ASG: het public health perspectief en de Vervolgmodule ASG: soa-bestrijding voor artsen.
De regionale Centra voor Seksuele Gezondheid bieden laagdrempelige zorg. Ze richten zich op sociaal kwetsbare doelgroepen met een hoog risicogedrag en een verhoogd risico op seksueel overdraagbare aandoeningen (soa).
In deze module staan we stil bij de context en het krachtenveld waarin de CSG opereren. Waarom is de aanvullende seksuele gezondheidszorg (ASG) zo georganiseerd en wat betekent dit voor jouw werk? Welke taken en bevoegdheden heb jij en hoe werk jij hierin als arts of verpleegkundig specialist samen met de andere professionals op het CSG? We gaan in op de verschillende doelgroepen van de ASG-regeling. Hierdoor leer je individuele signalen tijdens een consult vertalen naar populatiegerichte risico’s en trends waardoor je deze in het bredere perspectief van de public health kunt plaatsen en gerichte interventies kunt inzetten.
Daarnaast krijg je inzicht in de samenhang tussen soa- en seksualiteitshulpverlening. Want achter een soa-vraag zit vaak een seksualiteitsvraagstuk – en vice versa. In de spreekkamer kunnen beide vraagstukken dan ook niet los van elkaar worden bezien. Hiervoor krijg je een introductie op seksuologische vraagstukken.
Daarnaast besteden we in deze module uitgebreid aandacht aan de medische theorie over seksueel overdraagbare aandoeningen. De nadruk ligt hierbij op gonorroe, chlamydia (inclusief lgv), syfilis, hiv en hepatitis B. De vijf soa waar binnen de regionale soa-centra in het kader van de regeling ASG na triage op getest en behandeld wordt. Maar ook ander soa komen aan bod. Via een syndromale benadering verdiep je je kennis over de ziektebeelden, diagnostiek en behandeling.
Ook gaan we in op de verschillende aspecten van het consult seksuele gezondheid. Hierbij komen o.a. gespreks- en consultvoering, en de seksuele en seksuologische risicoanamnese aan bod. Je leert in een e-learning over de basisbeginselen van de motiverende gespreksvoering en oefent deze met virtuele cliënten. Tijdens diverse onderdelen van deze module ga je deze vaardigheid nog nader oefenen, bijvoorbeeld bij het onderdeel partnermanagement.
Deze module is blended vormgegeven. In de voorbereiding maak je zelfstandig een start met het aanleren en verwerken van nieuwe kennis, onder andere door middel van het lezen van literatuur, het bekijken van video’s en het maken van opdrachten. Hierdoor is tijdens de les meer tijd voor verdieping, verbinding met de dagelijkse praktijk en uitwisseling met andere deelnemers. Dit betekent wel dat een goede voorbereiding van jou als deelnemer essentieel is om daadwerkelijk in de les ook die verdiepingsslag te kunnen maken.
De totale studiebelasting inclusief contacturen bedraagt 54 uur. Dit betekent dat je per onderwijsdag ca. 3 uur besteed aan voorbereiding. Je sluit de module af met een kennistoets over soa.
Maar leren gebeurt natuurlijk met name op de werkvloer. Daarom neemt een ervaren collega minimaal twee keer een Korte praktijkbeoordeling (KPB) bij je af tijdens het spreekuur.
Het onderwijs wordt verzorgd door docenten bekend met of werkzaam in de aanvullende seksuele gezondheidszorg.
Artsen en verpleegkundig specialisten die werkzaam zijn op een Centrum seksuele gezondheid van de GGD. Deze module is ook interessant voor andere artsen en verpleegkundig specialisten die in hun werk te maken hebben met soa-bestrijding en seksualiteitshulpverlening. Zij werken bijvoorbeeld binnen defensie, de JGZ, een penitentiaire inrichting of een commerciële soa-kliniek.
Voor deze module vragen wij niet standaard accreditatie aan bij het verpleegkundig specialisten register (VSR). Neem je als verpleegkundig specialist wel deel aan de module, neem dan vooraf even contact met ons op.
Score in eerdere evaluatie: in 2023 waardeerden deelnemers deze module met een 8,6.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.
De GIZ-methodiek helpt professionals om samen met (aanstaande) ouders en jeugdigen te bepalen hoe het gaat en wat nodig is. Wil jij leren wat de methodiek inhoudt? Welke uitvoeringsvarianten er zijn en hoe je die inzet voor preventieve of aanvullende zorg? Doe dan deze module van twee dagdelen.
Je kunt deze module volgen als bij- of nascholing. Tevens is hij incompany uit te voeren.
GIZ staat voor de Gezamenlijke Inschatting van Zorgbehoeften. De methodiek is te gebruiken voor zowel preventieve als aanvullende zorg. Daardoor is hij zowel toepasbaar binnen de jeugdgezondheidszorg, als in de (preventieve) jeugdhulp. Ook professionals uit de geboortezorg, het onderwijs en de palliatieve zorg voor kinderen passen de methodiek toe.
In deze module maak je kennis met de GIZ-methodiek. Je verdiept je in de vijf kernelementen van de methode en leert hoe je daarmee samen met (aanstaande) ouders of jeugdigen een analyse maakt van hun krachten en behoeften. Uit die analyse komt een gezamenlijke inschatting van wat er nodig is voor het gezin: bijvoorbeeld positieve bevestiging, aanvullende zorg of urgente ondersteuning. Deze inventarisatie vormt de basis voor een mogelijk ondersteuningsplan.
Naast de kernelementen maak je kennis met de korte signalerings-GIZ, de uitgebreide GIZ en de multidisciplinaire GIZ. Je oefent met het voeren van een gestructureerd en motiverend gesprek en je maakt gebruik van praktische tools, zoals (leeftijdsspecifieke) schema’s en manieren van monitoring. Ten slotte is er aandacht voor het integreren van de methodiek in de bestaande werkprocessen.
Alle trainingen worden gegeven door gecertificeerde GIZ-trainers. Zij hebben veel ervaring met de GIZ-methodiek en de werkvelden waarin de GIZ gebruikt kan worden.
Voor professionals die met kinderen en (a.s.) ouders werken uit de geboortezorg, de jeugdgezondheidszorg en het brede sociale jeugddomein. Deze training is vereist om met de methodiek aan de slag te gaan. De module is ook geaccrediteerd voor de jeugd- en gezinsprofessionals / SKJ professionals.
Minimaal hbo werk- en denkniveau. Van deelnemende professionals wordt daarnaast een basisattitude verwacht:
Dit onderwijs wordt in samenwerking met het NCJ georganiseerd. Voor het overzicht van wie de training heeft gevolgd en het register van geschoolde GIZ professionals geven wij automatisch deelnemersgegevens door aan het NCJ.
Datum | Starttijd | Eindtijd | Onderwerp | Locatie |
---|
Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.