030 810 05 00

Of stuur ons een e-mail

Menu

Gezondheidskundige beoordeling van omgevingsgeluid

Datum: 8 apr '24

In het kort

Dit onderwijs is een onderdeel van de opleiding arts medische milieukunde (1e fase M+G). Je kunt dit onderwijs volgen als bij- of nascholing.

Wat je leert

Inhoud

Geluid is een bron van hinder en onafhankelijk daarvan een bron van gezondheidsverlies. De volgende onderwerpen komen aan bod: basisprincipes geluid, verschil fysisch verschijnsel en menselijke waarneming, veel gebruikte dosismaten, lichamelijke reactie op geluid, gezondheidseffecten, gezondheidskundige normen en advisering.

Soort scholing

In de ochtend is er een presentatie van de achtergrond, gezondheidskundige risico’s, de beoordeling en advisering van geluid als gezondheidsrisico.

In de middag gaan we met de fiets op pad om een aantal situaties betreffende omgevingsgeluid te bezoeken. Zorg dus dat je een (OV-)fiets ‘s morgens naar de GGD komt.

Na afloop van deze module

Na dit dagdeel onderwijs ben je op de hoogte en kun je werken met:

  • De basisprincipes van geluid en de voortplanting daarvan;
  • verschil in waargenomen en gemeten geluidssterkte;
  • gezondheidskundige effecten van blootstelling aan geluid;
  • verschillende dosis-respons curves tussen geluid en gezondheid;
  • de relatie tussen de gehanteerde normen en gezondheidskundige advisering.

Docenten

  • Mw.ir. R.(Rita) Slob, teammanager team Gezondheid&Milieu. GGD Rotterdam-Rijnmond.

Toelatingseisen

Niveau
Beginner, weinig tot geen ervaring met de beoordeling van geluid als gezondheidsrisico.

Voorbereiding
Lees GGD-richtlijn Omgevingsgeluid en Gezondheid, hoofdstuk 1 en 3.

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Forensische fotografie

Datum: 18 mrt '24

In het kort

Een duidelijke foto van (mogelijk) letsel is een essentieel onderdeel van goede verslaglegging. Ondersteunende foto’s kunnen doorslaggevend zijn in het wel of niet melden van een casus bij Veilig Thuis, een verzoek om aanvullend medisch onderzoek en kan het verschil betekenen tussen vrijspraak en veroordeling. Maar een goede foto maken, hoe doe je dat precies?

Wat je leert

Wat is er nodig om goede foto’s te maken? Tijdens de ochtend leer je je camera beter kennen, verdiep je je kennis van fototechnieken en krijg je gerichte instructies hoe je op de juiste manier forensische foto’s maakt.

In de middag gaan we de theorie toepassen in de praktijk. Je oefent met het maken van top-teen-foto’s en letselfoto’s op een pop en lotusacteur. Naast de fotografie techniek staat ook het op het gemak stellen van de persoon tijdens het fotograferen centraal.

Soort scholing

Presentatie, afgewisseld met oefenopdrachten met een pop en lotus. Beoordelen van elkaars foto’s.

Na afloop van deze module kan je

  • De grondbeginselen van camera en fotografie toelichten;
  • top-teenfoto’s en letselfoto’s beoordelen en maken volgens criteria aan compositie en kwaliteit;
  • een forensisch-medische fotoserie maken;
  • een mogelijk slachtoffer van letsel op het gemak stellen tijdens het fotograferen.

Voor wie

Forensisch artsen, forensisch verpleegkundigen, huisartsen en vertrouwensartsen.

Docenten

André van den Bos, docent visualisatie aan de Politieacademie. Voorheen werkzaam als medisch fotograaf en medisch forensisch fotograaf.

Toelatingseisen

Het meebrengen van een eigen spiegelreflex, systeem- of compactcamera evenals het hebben van basiskennis over de werking van de meegebrachte camera is een vereiste voor deelname aan deze module. Fotografeer je voor je werk enkel met een mobiele telefoon, maar heb je wel een camera (of kun je er een lenen)? Dan kun je deze module volgen.

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Beoordelen van het binnenmilieu voor de gezondheid

Datum: 5 mrt '24

In het kort

In hoeverre is binnenlucht een risico voor de gezondheid? En hoe beoordeel je dat en wat zijn de mogelijkheden voor preventie. Dit onderwijs is een onderdeel van de opleiding arts medische milieukunde (1e fase M+G). Je kunt dit onderwijs volgen als bij- of nascholing.

Wat je leert

Inhoud

We brengen een belangrijk deel van ons leven binnen door. Voor de medische milieukunde is het binnenmilieu altijd een aandachtsgebied geweest als bron van een scala aan stoffen vanuit de binnenruimte. Tijdens de COVID-pandemie kwamen ventilatie en het binnenmilieu ook onder de aandacht als mogelijkheid om de verspreiding van het virus en mogelijk andere microben in te perken.

Tijdens dit onderdeel wordt ingegaan op factoren die de kwaliteit van het binnenmilieu beïnvloeden, zowel bouwkundig als wat betreft inrichting en gebruikers, en op mogelijkheden om de kwaliteit van het binnenmilieu te beïnvloeden, vooral door ventilatie.

Soort scholing

Presentatie over de achtergrond, gezondheidkundige risico’s en beoordeling van het binnenmilieu; bespreken van casuïstiek.

Na afloop van dit onderwijs

Na afloop ben je bekend met het binnenmilieu in brede zin en de relevantie voor de gezondheid. Je kent de basisprincipes voor de beoordeling van het binnenmilieu voor de gezondheid in verblijfsruimtes waaronder scholen, kindercentra en woningen. Verder ken je mogelijkheden om het binnenmilieu in gunstige zin te beïnvloeden. Je oefent aan de hand van casuïstiek om in de praktijk het binnenmilieu te beoordelen wat betreft gezondheidsrisico’s en hierover te adviseren aan burgers en gemeentes.

Voor wie

Medewerkers bij de GGD die betrokken zijn bij de beoordeling en advisering ten aanzien van het binnenmilieu. Het niveau van de cursus is beginner.

Docenten

De heer Dr.ir. R.T. (Rob) van Strien, adviseur milieu en gezondheid, afdeling Leefomgeving, GGD Amsterdam.

Toelatingseisen

Voorbereiding:

Iedere cursist denkt van te voren na over hoe en waar ventilatie/binnenmilieu invloed zou kunnen hebben op voorkomen en verspreiding van infectieziekten.

Ter discussie:
Moravska et al, A paradigm shift to combat indoor respiratory infection, Science 2021: https://www.science.org/doi/10.1126/science.abg2025
Als achtergrondinformatie:
Handboek binnenmilieu 2007, hoofdstuk 2 en 4: https://www.rivm.nl/documenten/handboek-binnenmilieu-2007

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

NSPOH Avondacademie – Planetary Health

Datum: 28 feb '24

In het kort

Maak jij je ook zorgen om de toekomst van onze planeet? En voel je de urgentie als professional om bij te dragen aan een gezonde leefomgeving? Laat je in één avond online bijscholen bij de NSPOH Avondacademie over Planetary Health.

Wat je leert

Als professional in de sociale geneeskunde ben je niet alleen een hoeder van individuele gezondheid, maar ook van de gezondheid van onze planeet. De online avondscholing Planetary Health brengt deze essentiële verbinding tot leven, en biedt handvatten en kennis die nodig zijn om de gezondheid van zowel mensen als de planeet te verbeteren.

Leer hoe klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, vervuiling en andere milieufactoren onze gezondheid beïnvloeden. Ontdek hoe je in de spreekkamer en daarbuiten een cruciale rol speelt, door naast de zorg voor individuele patiënten ook actief bij te dragen aan het voorkomen van milieugerelateerde gezondheidsproblemen. Planetary Health experts Ernst Jurgens en Nora van Gaal gaan met elkaar in gesprek over transdisciplinair samenwerken om complexe planetaire gezondheidsuitdagingen aan te pakken. Schrijf je vandaag nog in voor de NSPOH Avondacademie Planetary Health!

Soort scholing

Een rondetafelgesprek tussen Ernst Jurgens, Nora van Gaal en gespreksleider Vera van Rijn. Je wordt actief betrokken bij het onderwijs door middel van een opdracht en je kan vragen stellen via de chat.

Na afloop van deze module

  • kan je toelichten hoe de gezondheid van mensen in verbinding staat met planetaire gezondheid;
  • kan je uitleggen hoe Planetary Health onderdeel uitmaakt van jouw functie en rol als professional;
  • kan je toelichten hoe transdisciplinaire samenwerking -op gebied van Planetary Health- eruit kan zien.

Voor wie

Deze uitvoering van de NSPOH Avondacademie is gericht op alle professionals werkzaam in de publieke- en arbeidsgezondheidszorg. De scholing is geschikt voor artsen, verpleegkundigen en andere professionals werkzaam in de sociale geneeskunde. De diversiteit aan professionals zien wij als meerwaarde zodat we vanuit verschillende disciplines inzicht krijgen in dilemma’s die direct of indirect te maken hebben met Planetary Health, en die veel verder voeren dan de spreekkamer. Je hebt elkaar nodig!

Docenten

  • Ernst Jurgens, bedrijfsarts en medisch bioloog.
  • Nora van Gaal, AIOS 2e fase M+G, profielarts medische milieukunde en voorzitter werkgroep Planetary Health van de Jonge Arts Maatschappij + Gezondheid.

Toelatingseisen

HBO werk- en denkniveau.

Praktische informatie

  • De betaling kan enkel via iDEAL gedaan worden. Na de inschrijving ontvang je jouw betalingsbevestiging.
  • De scholing vindt plaats via Microsoft Teams. Je ontvangt de Teams-link een week voorafgaand aan het onderwijs.
  • Het onderwijs wordt opgenomen, bij de opname ben jij als deelnemer niet in beeld.
  • We vragen je, gedurende het onderwijs, jouw camera aan te zetten zodat we jou accreditatiepunten kunnen toekennen.
  • De NSPOH Avondacademie is geaccrediteerd avondonderwijs over actuele thema’s binnen de sociale geneeskunde. De scholingen vinden in februari, juni en november plaats.

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Terugkomdag voor gecertificeerde visusinstructeurs 2024

Datum: 26 jan '24

In het kort

Ben jij gecertificeerd visusinstructeur? Wil je je kennis met betrekking tot visus(onderzoek) verdiepen? En wil je ervaringen en best practices uitwisselen met andere visusinstructeurs? Kom dan naar de terugkomdagen voor visusinstructeurs. Het programma wisselt jaarlijks. Ook is het mogelijk om op te gaan voor hercertificering. Je moet drie terugkomdagen  volgen om in aanmerking te komen voor herregistratie als visusinstructeur.

Wat je leert

Elke terugkomdag heeft een ander programma. Inhoudelijke onderwerpen worden afgewisseld met leren van en met elkaar. Het uitwisselen van ervaringen vormt een vast onderdeel van de terugkomdagen. Ook bestaat de mogelijkheid om te hercertificeren.

Wil jij een onderwerp of vraagstuk graag terugzien tijdens een terugkomdag? Neem dan contact op met Tamara van Keulen, t.vankeulen@nspoh.nl.

Programma 2024

In 2024 worden twee terugkomdagen georganiseerd op:

  1. Woensdag 26 juni 2024
  2. Woensdag 2 oktober 2024

Het programma op woensdag 26 juni 2024 is als volgt:

  • Omgaan met deelnemers met weerstand. Hoe buig je deze weerstand om en krijg je de deelnemer in de leerstand?
  • Herkennen van handigheidjes en trucjes in de uitvoering van het onderzoek.
  • Screening op en oogheelkundig en orthoptisch onderzoek bij kinderen met een verdenking van Cerebral Visual Impairment (CVI).

N.B. De terugkomdag van 26 juni heeft dezelfde inhoud als de terugkomdag die op 13 september 2023 heeft plaatsgevonden.

Het programma van woensdag 2 oktober 2024 is als volgt:

  • Microlessen van deelnemers over een relevant oogheelkundig onderwerp.
  • Myopie: progressie en speciale glazen ter remming.

Voor wie

NCJ gecertificeerde visusinstructeurs.

Hercertificering

Wil je opgaan voor hercertificering neem dan contact op met Woro Smelik, w.smelik@nspoh.nl.

Het hercertificeringsmoment vindt plaats in de middag van een terugkomdag. Je geeft elkaar feedback op de meegebrachte videobeelden. Het minimumaantal deelnemers voor hercertificering is 2. Deelnemers die niet hercertificeren volgen een alternatief programma in de middag.

De voorwaarden voor hercertificering zijn:

  • Je hebt 3 terugkomdagen in 5 jaar gevolgd.
  • Je hebt middels een logboek aangetoond dat je voldoende KPB’s afgenomen hebt en groepstrainingen gegeven hebt. *
  • Je hebt videobeelden meegebracht.
  • Je hebt op adequate wijze feedback op de videobeelden gegeven aan en ontvangen van andere hercertificeerders

*Volgens de huidige eisen: 30 KPB’s en 2 groepstrainingen.

Welke videobeelden neem je mee?

Je neemt minimaal twee video-opnamen mee naar de Terugkomdag. Het is van belang dat zowel het onderzoek bij kinderen onder als boven de 36 maanden in de video’s aan bod komt. Dus video 1 gaat bijvoorbeeld over het onderzoek onder de 36 maanden en video 2 over het onderzoek boven de 36 maanden.

  • Video 1 Laat zien hoe jij instructie geeft aan een collega over de uitvoering van het onderzoek van een kind boven of onder de 36 maanden. Ook laat je hierin zien hoe je zelf het onderzoek voordoet. Je mag dit onderzoek zonder kind uitvoeren, bijvoorbeeld op papier met ogen of met een pop.
  • Video 2 Laat zien hoe een collega op een kind boven of onder de 36 maanden het onderzoek uitvoert. Tijdens de terugkomdag geef je feedback op de uitvoering. Je hoeft de feedback dus niet te filmen.

Een video duurt maximaal 3 (!) minuten. Meer informatie over waar de video’s aan moeten voldoen, vind je na aanmelding in de studiehandleiding.

Toelatingseisen

Je bent gecertificeerd visusinstructeur.

Ben je verpleegkundig specialist?

Voor deze scholing vragen wij niet standaard accreditatie aan bij het verpleegkundig specialisten register (VSR). Neem je als verpleegkundig specialist wel deel aan deze module, neem dan vooraf (minimaal 6 weken) even contact met ons op.

Docenten

Docenten 24 juni 2024:
  • Drs. Carmen Karsters, trainer
  • Majanka Fröhlich, acteur
  • Drs. Trijntje Sjoerdsma, orthoptist
  • Drs. Ellen van Minderhout, orthoptist
Docenten 2 oktober 2024:
  • Drs. Trijntje Sjoerdsma, orthoptist
  • Drs. Ellen van Minderhout, orthoptist

Ervaringen

Score in evaluatie: in 2023 waardeerden deelnemers een eerdere uitvoering van deze module met een 8,6.

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Aanhoudende lichamelijke klachten (ALK)

Datum: 24 jan '24

In het kort

Arboprofessionals hebben regelmatig moeite om te beoordelen wanneer en in hoeverre werknemers met aanhoudende lichamelijke klachten (ALK) tijdens verzuim weer aan het werk kunnen. Werk jij als bedrijfsarts, verzekeringsarts of arboverpleegkundige en merk jij dat je hier soms ook tegenaan loopt? Wil je leren hoe je deze problematiek het best kunt benaderen? Wil je daarnaast oefenen in het geven van professionele begeleiding en handvatten voor het opstellen van een gerichte beoordeling? Volg dan deze module.

Je kunt deze module volgen als bij- of nascholing. Een incompany uitvoering is ook mogelijk.

Wat je leert

De behandeling, begeleiding en beoordeling van ALK

Voorheen werd de term Somatisch Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK) veel gebruikt, maar deze term is vervangen door ALK. ALK is een breder begrip. Waar bij SOLK er vooral werd gefocust op het somatisch onvoldoende verklaard zijn van de lichamelijke klachten, gaat het bij ALK om klachten in zowel de context van een (adequaat behandelde) ziekte als klachten in de afwezigheid van een bekende ziekte. Bij al deze aanhoudende lichamelijke klachten kunnen zowel biologische, psychologische als sociale factoren een rol spelen. ALK kan gepaard gaan met veel beperkingen en verzuim. Bedrijfsarts Rob Hoedeman heeft in zijn promotieonderzoek becijferd dat 15% van alle werknemers die verzuimen, gebukt gaat onder ernstige langdurige aanhoudende lichamelijke klachten. . Veel arboprofessionals hebben er dan ook mee te maken.

In de literatuur wordt beschreven dat er vaak veel onduidelijkheid ontstaat over de re-integratie naar werk. Dit komt doordat verschillende professionals aangeven moeite te hebben in het geven van gerichte adviezen in het kader van de re-integratie en ze vaak ook onderling niet op een lijn zitten omtrent hun adviezen hierover. Machteloosheid en ergernis worden dan ook gezien als de meest voorkomende reacties bij professionals die te maken krijgen met de re-integratie van zieke werknemers met ALK. Maar is een gevoel van machteloosheid terecht? Of zijn er toch goede mogelijkheden om deze mensen te begeleiden?

Tijdens de module bespreken we behandelings- en begeleidingsmogelijkheden in de bedrijfs- en verzekeringsgeneeskundige praktijk: actief, systematisch of proces- dan wel tijdcontingent. Daarnaast zullen we dieper ingaan op het aanpakken van het beoordelen van de arbeids(on)geschiktheid van werknemers met ALK. Het accent ligt op het eigen maken van praktische handvatten. Vragen die aan bod komen zijn:

  • Wat houden de richtlijnen rondom ALK precies in?
  • Welke vaardigheden zijn nodig in de gespreksvoering met cliënten met ALK?
  • Welke aanpak is mogelijk in het kader van behandelen bij werknemers met ALK?
  • Hoe moet casuïstiek rond arbeidsongeschiktheid worden begeleid en beoordeeld?
  • Hoe maak je de vertaalslag van klacht- en probleemgericht naar functionerings- en oplossingsgericht?
  • Hoe is herstelgedrag te beoordelen?
  • Wat is de rol van somatisatie (attributie naar somatische oorzaken) en hoe ga je om met weerstand?

Het onderwijsprogramma is interactief. We wisselen presentaties af met discussies en casuïstiekbespreking. Daarnaast oefenen we met gesprekstechnieken aan de hand van het SCEGS-model.

Deze module werd voorheen aangeboden onder de titel ‘SOLK en somatoforme stoornissen’.

Na afloop van deze eendaagse module:

  • ben je bekend met de inhoud en achtergrond van richtlijnen rondom ALK.
  • ben je bekend met de achtergrond en terminologie van ALK.
  • ben je bekend met de mogelijke behandelingen en vereiste begeleiding.
  • kun je de situaties herkennen waarin je moet doorverwijzen.
  • weet je hoe je gesprekken voert volgens het SCEGS-model.
  • Ben je in staat op een gerichte wijze de arbeids(on)geschiktheid te beoordelen.

Docenten

Het onderwijs wordt verzorgd door de volgende docenten:

  • Kristel Weerdesteijn, verzekeringsarts en opleider bij UWV. Zij is nauw betrokken bij het gebied van ALK en functioneren rondom werk.
  • Astrid te Koppele, GZ-psycholoog, ‘Working Solutions’.

Voor wie

Bedrijfsartsen, verzekeringsartsen en arboverpleegkundigen die in hun werk te maken hebben met ALK problematiek.

Ben je werkzaam als A&G of als A&O psycholoog en heb je interesse in deze module? Stuur dan minimaal 8 weken voor aanvang van de module een mail naar de contactpersoon, zodat er accreditatie bij het NIP aangevraagd kan worden.

Toelatingseisen

Universitair of hbo-werk- en -denkniveau.

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Terugkomdag Baecke-Fassaert motoriek test

Datum: 19 dec '23

In het kort

De terugkomdag volg je om je kennis over motorische en neurologische ontwikkeling te verdiepen. De dag begint met achtergrondinformatie over de motorische en neurologische ontwikkeling van het jonge kind. Daarna bespreken we met elkaar het ‘waarom we doen wat we doen en de betekenis daarvan voor ons handelen’. Als Baecke-Fassaert Motoriektest-instructeur kan het lastig zijn te verklaren waarom je bepaalde handelingen met de BFMT uitvoert. Daarom hebben we tijdens deze terugkomdag ook aandacht voor het narratief dat je vertelt aan ouders wanneer je de test afneemt. In de middag behandelen we de doorloop van het Van Wiechen naar de BFMT.

Wat je leert

Er is vaak aandacht voor de uitvoering en scoring, maar wat onderzoek je nu eigenlijk met al die tests van de BFMT? Ook het interpreteren van de tests en de BFMT in z’n geheel kan een uitdaging zijn. Zeker omdat de ‘normaalwaarden’ inmiddels misschien wel verouderd zijn, en hoe kan / moet je daar dan rekening mee houden? Het zijn allemaal vragen waar je als JGZ-professional tegenaan kan lopen wanneer je de BFMT regelmatig uitvoert.

We merken dat de BFMT steeds vaker geen vast onderdeel meer uitmaakt van de daarvoor bedoelde contactmomenten, of dat deze contactmomenten helemaal niet meer plaatsvinden. Met deze terugkomdag willen we jullie als JGZ-professionals meenemen in het belang van de BFMT bij het volgen van de motorische ontwikkeling en het signaleren van afwijkingen in de motorische ontwikkeling van een kind.

In de ochtend is er aandacht voor theorie en verdieping middels achtergrondinformatie over motorische en neurologische ontwikkeling. Ook laten we zien hoe een vervolgtraject bij Developmental Coordination Disorder (DCD) eruit ziet. En waar kinderen met DCD tegenaan lopen. Er wordt dieper ingegaan op het nut van het doen van een neurologische
onderzoek bij kinderen met een motorische hulpvraag.

De middag staat in het teken van de praktijk. Je gaat met elkaar aan de slag door onder andere praktijkvoorbeelden te bespreken aan de hand van ingestuurde filmpjes van afname test BFMT. Daarnaast wordt er uitgebreid stil gestaan bij het verband leggen tussen de uitkomsten van het Van Wiechenonderzoek en de BFMT. Hoe heeft het kind gescoord op het Van Wiechen en hoe kan je die uitkomsten interpreteren in de lijn van de BFMT en de toekomstige motorische en neurologische ontwikkeling? Vervolgens: hoe verhouden de uitkomsten uit het Van Wiechenonderzoek zich tot de uitkomst van de BFMT, en wat zegt dat over de ontwikkeling van het kind en wat ons te doen staat?

Na afloop van deze module kun je:

  • uitleggen aan collega-professionals en ouders wat en waarom je iets test met de BFMT.
  • verschillende negatieve scores na afname BFMT interpreteren.
  • uitleggen welke vervolgstappen je neemt na een negatieve score.
  • benoemen welke clusters er zijn om rekening mee te houden bij een differentiaaldiagnose.
  • uitleggen wat je differentiaaldiagnose is en hoe je daartoe bent gekomen.
  • toelichten hoe de BFMT gezien kan worden in het verlengde van het Van Wiechenonderzoek.
  • toelichten hoe de verschillende disciplines optimaal kunnen samenwerken bij de uitvoer van de BFMT.

Voor wie

Deze scholing is geschikt voor jeugdartsen, verpleegkundig specialisten en jeugdverpleegkundigen die de BFMT uitvoeren. Het is belangrijk dat je voorkennis hebt van de BFMT gezien dit een verdiepende scholing is.

Docent

Het onderwijs wordt verzorgd door:

  • Ellen Rietveld. Via haar masterthesis voor kinderfysiotherapie raakte zij betrokken bij het onderwijs over de BFMT. Nu werkt ze 3 dagen per week als kinderfysiotherapeut bij een eerstelijnspraktijk in de Drechtsteden. In haar lessen kijkt ze graag vanuit haar vakgebied naar motoriek. Naast de theorie komen ook haar ervaringen vanuit de praktijk aan bod. Van elkaar leren vindt ze leuk.
  • Jessika van Hoorn. Kinderrevalidatiearts UMCG, aandachtsgebied: kinderen met afwijkende motoriek, DCD. Jessika verzorgt tevens cursussen kinderneurologisch onderzoek MND (Minor Neurological Dysfunction, vroeger: Touwen).

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Overgewicht en leefstijl in de spreekkamer van de JGZ

Datum: 15 dec '23

In het kort

Hoe praat je met kinderen met overgewicht en hun ouders over gewicht en leefstijl? Dit is zeker geen makkelijk onderwerp in de spreekkamer. In deze module Overgewicht en leefstijl in de spreekkamer van de JGZ leer je hoe je je comfortabeler en competenter kunt voelen in zo’n gesprek.

Wat je leert

De helft van de Nederlandse bevolking heeft overgewicht, een deel hiervan ontstaat al in de kindertijd. Tijdens deze module worden diverse onderwerpen behandeld over overgewicht bij kinderen.

We belichten allereerst de complexiteit van overgewicht en obesitas en de onderliggende factoren die mogelijk een rol kunnen spelen bij het ontstaan en in standhouden van overgewicht. Zowel vanuit biomedisch, psychisch, sociaal (inclusief de omgeving waarin we leven) en leefstijlperspectief. Belangrijk is om hierbij te leren kijken met een brede blik, want vaak spelen er meer problemen in het gezin.

Vervolgens raken we bekend met de ‘Richtlijn overgewicht en obesitas bij kinderen (2022)’. Een cruciaal aspect waarbij we uitgebreid stil staan, is de invloed van onze (onbewuste) vooroordelen en stigma’s en vooroordelen op het verlenen van zorg. Overgewicht en obesitas zijn gevoelige onderwerpen die gepaard kunnen gaan met schaamte, schuld of weerstand van kind en ouder(s). Gezien de complexiteit en sensitiviteit van het onderwerp is het aanleren van de juiste gespreksvaardigheden van essentieel belang voor het voeren van deze gesprekken. Je krijgt inzichten, praktische tools en ruimschoots de gelegenheid om ze te oefenen.

In deze scholing verkrijg je theoretische inzichten (op basis van wetenschappelijk onderzoek en ervaringen uit de praktijk), werken we met casuïstiek en krijg je praktische handvatten voor gespreksvoering, waarmee je uitgebreid oefent.

Na afloop van deze module

  • begrijp je de biomedische, psychosociale en leefstijlfactoren die kunnen bijdragen aan overgewicht bij kinderen.
  • ben je bekend met de aanpak Kind naar Gezonder Gewicht (een programma van JOGG), inclusief de brede blik en de rol van de centrale zorgverlener.
  • ben je bekend met de inhoud van de richtlijn overgewicht en obesitas bij kinderen (2022).
  • kun je de complexe context analyseren waarin kinderen en hun ouders met overgewicht verkeren.
  • kun je vooroordelen en stigma’s herkennen en begrijpen hoe deze de zorgverlening beïnvloedt.
  • kun je een brede kijk hanteren bij het benaderen van problemen in gezinnen met overgewicht.
  • kun je effectieve gespreksvaardigheden inzetten die nodig zijn om sensitief en professioneel met kinderen en ouders met overgewicht te communiceren.

Voor wie

Jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, huisartsen.

Docenten

Dr. Leandra Koetsier, gezondheidswetenschapper.

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Straatzorg en publieke gezondheid

Datum: 15 dec '23

In het kort

Wil je weten hoe we in de publieke gezondheid de juiste zorg kunnen bieden voor mensen in de marge van de maatschappij? En wil jij leren hoe je kwetsbaarheid voor dakloosheid herkent als hulpverlener? In deze module leer je ook hoe het er écht in de praktijk aan toegaat middels een halve dag praktijkexcursie. Naast de theorie kijk je mee hoe de zorg werkt op straat. Wil je van ervaren hulpverleners de belangrijkste lessen van de straatzorg leren? Volg dan deze module Straatzorg en publieke gezondheid!

Wat je leert

Oriëntatie op sociaal-medische problematiek bij mensen in de marge van de maatschappij, voor en tijdens dakloosheid

Gerrit is 43 jaar en woont bij zijn moeder. Nadat moeder overlijdt, gaat het mis. Hij verwaarloost zichzelf, wordt dronken, schreeuwt, maakt geen post open en belandt op straat. In het geval van Gerrit zijn er signalen die wijzen op diens kwetsbaarheid en de weg naar dakloosheid, maar wie pakt die op? Niet alleen Gerrit is kwetsbaar, ook ons zorgsysteem vertoont zijn mankementen.

Met dit onderwijs verwerf je kennis en inzicht in de problematiek van mensen in de marge van de samenleving op drie niveaus: cliënt, populatie en beleid. Het betreft de doelgroep en de bouwstenen voor de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ). Welke lessen leren we, van betreffende mensen en de direct betrokken hulpverleners, voor preventie van sociaal-medisch verval?

Na afloop van deze module:

  • heb je inzicht in de kenmerken en sociaal-medische problemen van kwetsbare burgers, voor en tijdens dakloosheid.
  • heb je inzicht in individuele en systemische oorzaken van dakloosheid op populatieniveau en in populatiekenmerken en sociaal-medische gegevens.
  • kun je deze kennis benutten in je eigen werk.
  • kun je benoemen met welke bouwstenen goede en toegankelijke sociaal-medische zorg kan worden geboden en welke wetgeving daarbij van belang is.
  • kun je op beleidsniveau adviseren over preventie en aanpak van problemen met potentieelrisico op sociaal-medisch verval.

Voor wie

Arts M+G, jeugdarts, Master of Public Health, forensisch arts, verpleegkundige, huisarts, praktijkondersteuner huisarts (POH), vertrouwensarts, spoedeisendehulp-artsen, specialist ouderengeneeskunde, verslavingsarts en andere professionals werkzaam of in opleiding in de publieke gezondheidszorg. De module is ook toegankelijk voor ervaringsdeskundigen en professionals uit het sociale domein.

Ben je verpleegkundig specialist?

Voor deze scholing vragen wij niet standaard accreditatie aan bij het verpleegkundig specialisten register (VSR). Neem je als verpleegkundig specialist wel deel aan deze module, neem dan vooraf (minimaal 6 weken) even contact met ons op.

Toelatingseis

Hbo+ werk en denkniveau.

Docenten

 

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.

Stress bespreekbaar maken in de spreekkamer

Datum: 17 nov '23

In het kort

Dagelijks tref je in de spreekkamer cliënten aan die duidelijke signalen van stress laten zien. Het gesprek hierover aangaan is echter lastig. Bij een verkeerde aanpak voelt de cliënt zich beoordeeld of slaat hij dicht. In deze module leer je stress te herkennen en krijg je effectieve methoden aangereikt om stress op een constructieve wijze te bespreken.

Wat je leert

Iedereen ervaart stress, het is een evolutionaire reactie van ons lichaam. Echter, soms slaat het door en wordt iemand er ziek van. Als arts is het belangrijk om medicalisering van levensproblemen te voorkomen. Gespreksvoering over stress is een zeer gevoelig thema en vergt kennis en kunde. Daarom staan we in deze module uitgebreid stil bij het herkennen en bespreekbaar maken van stress in de spreekkamer. Je krijgt hierbij de handvatten om zonder oordeel het gesprek te kunnen voeren.

Fight, flight, freeze of please. Je kent de basics, maar hoe werkt stress precies in het lichaam? In de training duiken we de theorie in. Als je stress beter kan herkennen bij cliënten ga je er anders naar kijken. Je leert ook je eigen stressreacties herkennen en hoe je kan kalmeren. Vervolgens gaan we in op de oorzaken van stress, en hoe chronische stress ontstaat. Hoe kan je stress verminderen? Je leert hoe verschillende factoren als bewegen, slapen, voeding en verbinding aangaan op stress inspelen. Door middel van een praatplaat en ander ondersteunend materiaal krijg je handvatten om het gesprek aan te gaan. Samen met een trainingsacteur ga je vervolgens oefenen hoe je in gesprek kan gaan met de cliënt over de stressreacties, de mogelijke oorzaken en wat de cliënt hier zelf aan kan doen.

Na afloop van deze module kun je

  • stress beter herkennen bij cliënten in de spreekkamer.
  • je eigen stressreactie evalueren en effectieve strategieën inzetten om hiermee om te gaan.
  • de oorzaken van (chronische) stress benoemen
  • leefstijlfactoren benoemen die inwerken op stress
  • psycho-educatie geven over (chronische) stress en de gevolgen daarvan op de cliënt
  • effectieve gespreksvaardigheden toepassen om met cliënten te praten over chronische stress en de impact op lichaam en geest, met behulp van praktische handvatten
  • samen met de cliënt mogelijke oplossingen onderzoeken en zo nodig doorverwijzen naar anderen die de cliënt verder kunnen helpen.

Voor wie

Voor artsen en verpleegkundig specialisten werkzaam met cliënten in de spreekkamer zoals, jeugdartsen, bedrijfsartsen, verzekeringsartsen en vertrouwensartsen. Bij voldoende aanmeldingen van verpleegkundig specialisten wordt accreditatie voor deze beroepsgroep aangevraagd.

Docenten

Het onderwijs wordt verzorgd door:

  • dr. Liesbeth Meuwissen, Arts Maatschappij en gezondheid, profiel jeugdarts.

Rooster

Datum Starttijd Eindtijd Onderwerp Locatie

Incompany

Het kan zijn dat je een volledige afdeling wilt laten bijscholen. Of je wilt heel specifieke vaardigheden aanleren. In die gevallen biedt incompany onderwijs uitkomst. Lees verder over onze scholing op maat.